De tweede school aan de Molenstraat
Deze reconstructie is mede gebaseerd op de herinneringen die vele Riethovenaren met ons hebben gedeeld. Onze hartelijke dank daarvoor. We houden ons aanbevolen voor correcties en/of aanvullingen.
De nieuwe school
In 1872 besluit de gemeente-raad dat er een nieuwe school moet komen. Vooral in de winter gaan veel kinderen naar school, waardoor het oude lokaal dan te klein is.
De nieuwe school komt ook aan de huidige Molenstraat, vlak langs het oude school-gebouw dat in 1840 was gebouwd. Ook dit wordt een eenvoudig gebouw met één grote ruimte (7 X 12 m). Later wordt de ruimte middels een gedeeltelijke glazen wand verdeeld in 2 lokalen.
Het aantal schoolgaande kinderen in 1872 is ongeveer 45. Het merendeel hiervan is jongens. Blijkbaar vinden veel ouders het niet belangrijk dat ook meisjes naar school gaan. In 1905 gaan de nonnen in Westerhoven katholiek onderwijs geven voor meisjes en daar maakt ook een aantal meisjes uit Riethoven gebruik van.
Aan de Molenstraat hebben in die periode meer bouwactiviteiten plaats gevonden. In 1863 is de monumentale nieuwe pastorie gebouwd, gelegen aan de andere kant van de oude Schoolweg (nu hotel Lytel Blue). In 1870 heeft Albert van Gerwen een nieuwe boerderij gebouwd tegenover de eerste school aan de Molenstraat. Deze boerderij is in Riethoven gekend als de boerderij van Kubke Cremers, later bewoond door Sjef van Hooff.
Rechts langs de nieuwe school lag de speelplaats met drie rijen van vier lindebomen. Daarnaast lag een veld met jong aangeplante bomen en daarnaast stond het ‘bollekes huiske’ met kachelhout en dennenappels voor de school. Het verhaal ging dat daar het Soepmenneke sliep. Veel kinderen durfden er niet naar binnen. Mogelijk werd dat verhaal in stand gehouden om de kinderen uit het huisje te houden. Dit huisje was eerder in gebruik geweest als kadaverhuisje voor dode beesten en daarvóór als mortuarium voor zwervers die in Riethoven zouden overlijden en waarvan men niet wist of ze katholiek waren. Als zodanig is het nooit gebruikt. Dit huisje stond net voor de plaats waar later de woning van Lowie van Grotel werd gebouwd.
De speelplaats met zijn bomen leende zich uitstekend om te voetballen. Bij gebrek aan een echte bal werd vaak gevoetbald met een bal van opgerold touw, later met een bal van een kluwen elastiek.
Ten tijde van de bouw van de nieuwe school in 1872 was meester Vesters de onderwijzer, die behalve onderwijzer ook schrijver was van verhalen en novellen. In 1876 wordt hij redacteur van de Katholieke Illustratie en volgt meester Vugts hem op als onderwijzer in Riethoven. Hij blijft dat tot 1909.
In 1878 wordt een schoolwet aangenomen waarin de maximale klassengrootte vastgelegd wordt op veertig kinderen. Riethoven moet dan een tweede onderwijzer aannemen omdat er 45 leerlingen zijn, maar dat gebeurt pas in 1888. Diverse leerkrachten vervullen in die periode de rol van hulponderwijzer, tot in 1897 Johannes Knoops wordt aan-genomen. Hij zal tot zijn dood in 1933 aan de school verbonden blijven, vanaf 1909 als hoofdonderwijzer.
Nadat Nederland in 1900 een leerplichtwet invoert voor kinderen vanaf zes jaar, neemt het aantal leerlingen ook in Riethoven toe. Voor veel ouders komt het goed uit dat ze de kinderen naar school kunnen sturen. Ook vier- en vijfjarigen worden naar school gestuurd, Maar dat gaat de inspectie te ver. De school is er om les te geven, het is geen bewaarschool. Rond 1910 komt het aantal leerlingen boven de tachtig en er moet daarom een derde klas komen. Pas in 1914 komt er daadwerkelijk een derde leerkracht, het aantal leerlingen is dan gestegen naar vijf-en-negentig.
Meester Knoops constateert in 1914 een onhoudbare situatie (twee klassen in een lokaal) en vraagt de gemeente initiatief te nemen om een nieuwe school te bouwen. De gemeenteraad beslist in eerste instantie om die te bouwen aan de andere kant van de speelplaats , maar dan zonder woning. Meester Knoops, die van zijn onbewoonbaar huis af wil, dwingt het gemeentebestuur tot een ander plan en drie weken later besluit het gemeentebestuur om een nieuwe school mét woning te bouwen aan de (huidige) Schoolstraat.
Hoewel de beslissing is genomen gebeurt er verder weinig. Dit komt mede omdat de Inspectie (net als burgemeester Verhoeven) toch de voorkeur geeft aan een nieuwe school in de Molenstraat, en dan zonder woning. De gemeenteraad komt dan weer terug op haar eerder genomen besluit. Burgemeester Verhoeven beseft dat nieuwbouw aan de Molenstraat de gemeente veel minder geld gaat kosten en hij weet als geen ander hoe de financiële vlag van de gemeente er bij hangt. De zaak loopt helemaal vast.
De relatie tussen meester Knoops en burgemeester Verhoeven is dan al aardig bekoeld en Verhoeven wil zich niet echt meer inspannen net voor zijn pensioen. Pas na de komst van burgemeester Baken en gemeentesecretaris van Asseldonk in 1918 wordt er weer actie ondernomen.
Hoe het er met de gemeente voorstond lezen we in een subsidieaanvraag door burgemeester Baken in september 1919. Toen hij na zijn aanstelling in mei 1918 op de secretarie potloden zocht kon hij er geen vinden en moest er gaan lenen bij het schoolhoofd. De voorraad op school was ook niet al te groot, maar daar lagen in ieder geval nog drie stukjes, waarvan de grootste amper 5 cm. was.
In een brandbrief aan de commissaris van de koningin beschrijft hij de toestand van de school:
Deze brief die duidelijk aangeeft dat er ook een nieuwe schoolwoning moet komen zorgt zowel in den Bosch als in den Haag voor de nodige beweging en in 1920 komt er groen licht voor de nieuwbouw aan de Schoolstraat. In 1921 wordt de nieuwe school met onderwijzerswoning in gebruik genomen.
Naast zijn vele activiteiten voor de boeren en zijn bemoeienissen met de nieuwe school wordt Johannes Knoops ook getroffen door persoonlijk leed. In 1918 overlijdt zijn vrouw, in het kraambed van hun vierde kind, aan de gevolgen van de Spaanse griep. Meester Knoops hertrouwt in 1920 en kan het jaar daarna met zijn nieuwe echtgenote en vier kinderen zijn intrek nemen in de nieuwe schoolwoning aan de Schoolstraat.